Je schrijft de lange klinker ee aan het einde van woorden, in samenstellingen en afleidingen met die woorden, en in verbogen vormen van die woorden.
"Heverlee"
Leenwoorden die geen grondwoord op ee hebben en wel eindigen op -eeën of -eeër, schrijf je met -ees. Je schrijft de letter wel enkel bij de verbogen vorm op -ese.
"Europees --> Europeeër"
Woorden die met een [i.] worden uitgesproken kunnen op twee manieren worden geschreven. Met een i of een ie.
De ie wordt geschreven wanneer de klemtoon op de klinker ligt.
De i wordt geschreven wanneer de klemtoon niet op de klinker ligt.
"identificeren"